Waarom zou het predicaat La alleen voorbehouden zijn aan artistieke diva’s? En is bestuurskunde niet zowel een vaardigheid als een kunst? Ere wie ere toekomt aan de vrouw die beide aspecten met verve in een persoon wist en weet te verenigen: C. C. A. M. Kraus, bij ons Roze Stadsdorpelingen bekend als Ineke.

 In 2014 heeft Ineke Kraus het Roze Stadsdorp Amsterdam opgericht. Zo’n zeven jaren geleden: zowaar een heilig getal. Vanaf de stichting van een bestuur heeft zij tot 2022 de functie van voorzitter bekleed. Van deze taak heeft zij zich niet ‘op haar zevende gemak’ (op zijn janboerenfluitjes) gekweten. Zij was daarentegen meer van de zevenkamp, sportief als ze was.

Hoe brei ik in maar 1000 woorden een portret van haar aan elkaar? Ik steek in bij het begin.

Mijn eerste borrel bij het Roze Stadsdorp Amsterdam was zo’n 6 jaar geleden bij café Carels in de Pijp. Tot mijn grote vreugde zag ik bij aankomst dat de helft mannen en de helft vrouwen was. Louter vrouwen vind ik de helft minder leuk. Ik vermaakte mij prima en besloot, op de valreep, een hapje mee te eten. Bij binnenkomst van de eetgelegenheid trof ik, o help, een uitsluitend vrouwelijk gezelschap, waaronder ook Ineke, die ik nog niet bij naam kende. Als vreemde eend in de bijt schoof ik lichtelijk geïntimideerd aan. Ik was onwetend pardoes in het hol van de Smashing Pink leeuw beland. Smashing Pink, de eerste en enige gay tennisclub van Amsterdam, vormt de warme roze bakermat van het Roze Stadsdorp zoals ik pas later te weten kwam. Het gesprek ging boven mijn onsportieve pet. Ik at en nam de benen.

Gelukkig weerhield mij dat later niet van het bezoeken van volgende borrels. Aanvankelijk zag ik Ineke slechts uit de verte. Een lange, tengere vrouw met fraaie sjaals, uitgekiende sieraden en een goed kleurgevoel was mijn eerste indruk. Verder dan het uiterlijk en de eerder gesignaleerde sportiviteit kwam ik toen niet.

Mijn indruk werd bijgesteld toen ik haar meemaakte tijdens bijeenkomsten en vergaderingen. Goed op de hoogte en gedreven vond ik. Ze heeft een lichte, goed articulerende stem, die ze met effect in de discussie weet te plaatsen. Niet voor de poes. Ook bezit ze het talent zowel op het toneel als in de coulissen op te treden. Regeren is vooruitzien, maar wat ze opdraagt doet ze ook zelf. Zo kan ze tegelijkertijd na een vergadering hapjes aanbieden en tot en met de laatste stoel helpen opruimen. In de voorlaatste Pride Walk wandelde ze schier onvermoeibaar mee, een kant van de Roze Stadsdorp-vlag torsend. Ik drukte mijn snor bij deze klus, zoals ik dat in mijn jeugd bij het afwassen deed, en schitterde slechts door aanwezigheid. Werd me overigens niet nagedragen door haar.

De ommekeer kwam bij mijn bezoek aan het lustrumfeest ter gelegenheid van het 25-jarig bestaan van Smashing Pink. Ik had aangeboden daarover te schrijven in de Flamingo. Toen zag ik Ineke in haar element. Actief, niet alleen bij het net, maar ook achter de met een fuchsiaroze satijnen kleed gesierde tafel, waar de jubileumglossy van Smashing Pink werd verkocht. Geen toespraken, geen BSP (Bekende Smashing Pinker) allures, gewoon aan het werk. En ik kreeg een schouderklap, wat haar standaard begroeting vormt.  Mijn blik op de sportieve medemens werd überhaupt veel rooskleuriger: deze tennissers liepen niet alleen maar wat rond te smashen. Ze waren ook aardig. Het hele club-gebeuren was        geen incrowd-partij maar downright warm en gezellig. Tijdens het ophalen van mijn glossy bij Ineke werd ik dan ook lid van Smashing Pink, zonder ook maar een bal te willen slaan, gewoon voor de steun en de leut.

Ik ontdekte langzamerhand meer aspecten aan haar: betrokkenheid, een vooruitziende blik, een praktische inzet. Niet lullen maar poetsen zeggen wij in Rotterdam, waar haar wieg en ook de mijne hebben gestaan. En last but not least zorgzaamheid, die van een aardige soort moeder-overste. Niet van zeurende maar van opbeurende aard en niet ontbloot van het zout der aarde, humor. Ik las in een interview met haar dat zij de oudste van tien was. Je zal ze alle negen maar op je bordje krijgen! Ik zie Ineke zo voor me in die rol. Pittig en lief. Want net als de tennisbal beschikt zij ook over een donzige kant, al laat ze die in eerste instantie niet zo makkelijk blijken.

Haar zoete kant is trouwens volstrekt niet ondergesneeuwd. Want wat heb ik gelezen? Dat zij zich (in haar ‘vrije tijd’) bezighoudt met het creëren van bonbons? Dat noem ik nou nog eens zinvol bezig zijn.

Waarde mevrouw Kraus, lieve Ineke, onze grote dank en erkentelijkheid voor het uitoefenen van het ambt van voorzitter van Roze Stadsdorp Amsterdam. Achter de geraniums wil je vast niet en mag je ook niet. Ik heb me laten vertellen dat je voeten niet alleen warmlopen voor de bal maar ook het bal beminnen.



Dus dans het vuur uit je sloffen … Maar blijf o blijf bovenal chocola, veel chocola, maken. Zo blijf jij niet alleen zelf genieten maar wij genieten eveneens met en last but not least van jou. Een grand merci!