Er zij licht!

Een hartenkreet. Zelden heb ik zo naar het licht verlangd als nu! Dat het de oermens bang te moede werd bij het verdwijnen van het licht om dan opgelucht te herademen bij de terugkomst, daar kan ik inkomen. De zon in zijn baan volgen en begrijpen was een levensnoodzaak.  Zonnewijzers bestaan al millennia lang: in de vorm van stenen of bomen, die met het verloop van hun schaduw de tijd aangaven.

Op het Noordelijk halfrond is de lichtovergang het duidelijkst rond de Poolcirkel, waar zomer vier en winter acht maanden duurt. In het land van de Middernachtzon wordt de winterse zonnewende uitbundig gevierd op de kortste dag van het jaar, 21 december. Dat feest heeft glansrijk aanslagen van het Christelijk geloof weten te pareren. Zweden was pas duizend jaar na Christus volledig ‘gekerstend’. Daarna was het slechts een kwestie van Jezus’ geboortekaartje aanpassen naar 24 december. Kerstavond.

Kerstmis werd bij ons altijd op Zweedse wijze gevierd, omdat mijn grootvader een Zweedse vrouw had getrouwd. Dat mijn grootmoeder, die er niet uitzag als een oma, door mij tante Maj werd genoemd, dat een van mijn ooms tien jaar ouder en een ander zeven jaar jonger was dan oma, legde ik altijd zo uit. ‘Mijn grootvader is net Hendrik VIII, die zes vrouwen had: gescheiden 2x, onthoofd 2x, gestorven 2x. Mijn grootvader heeft er slechts vier, omdat er in deze eeuw niet meer wordt onthoofd.’ Voor mij had het voordelen: een jonge spannende grootmoeder, twee ooms extra en bovenal het Zweedse kerstfeest - overigens wel in Nederland -, dat Jul heet naar het Oudgermaanse Joelfeest.

Kerst begon al met de heenreis in de auto, want mijn zusjes en ik telden ijverig de kerstbomen onderweg. We kwamen aan in het donker. Over het tuinpad kwam hond Volkert aangesprongen; ons herkende hij perfect maar de postbode leverde het soms een gescheurde broek op. Na binnenkomst mochten wij grootvader gaan wekken: omzichtig slopen we de grote duistere zitkamer binnen, waar hij bij het haardvuur te slapen lag bij de tonen van klassieke muziek.

De tot het plafond reikende kerstboom, uit de tuin afkomstig, werd opgetuigd met elektrische kaarsjes. Mijn ooms kregen de niet geringe opdracht om alle snoeren, stekkers en transformators aan elkaar te passen. Wij mochten de handgemaakte houten, strooien en papieren versieringen ophangen. Geen glitter! 

Naast de boom stond een levensgrote strooien met rood lint omwonden bok, de Julbok. 

Volgens de overlevering stamde hij af van de bokken die de strijdwagen van dondergod Thor voortjoegen langs de hemel; heel andere koek dan een Disneyaanse witgebaarde oude man met rode jas en muts in een klingelende slee.

La danse des rennes à la médiathèque - YouTube

Eerst een borrel (Aquavit) voor de volwassenen en rode bessensap van de moestuin voor de kinderen. Mijn tante had dagen van tevoren met de dienstmeisjes in de keuken staan koken, bakken en braden. Het is Scandinavische traditie alles zelf te doen tot drank stoken aan toe. In Zweden wordt huisvrouw als een alom gerespecteerd beroep beschouwd. Op 23 december was er de hele nacht een radioprogramma speciaal voor de keukenprinsessen. Met zijn twintigen zaten we aan de lange eettafel, die met een zelf geborduurd kleed, het feestservies en familiezilver was gedekt.

Beskow Kerstmaal

Overal brandden kaarsen (rood en wit) en overal stonden schaaltjes zelfgebakken koekjes en kerstkransjes. De Kersttafel, het Julbord: rode bietensla, gehaktballetjes, leverkoek, bokkingschotel, gravlax (zalm) en haring, opgediend in een ovale schaal die het Vikingschip werd genoemd. Vikingen waren volgens mijn tante zeevarende, eerzame kooplieden, welke historische opvatting leidde tot hilarische debatten met de Hollandse familietak, die de Noormannen gans anders bekeek.  

 Julbord

Maar dan was je er nog niet. Een hele ham volgde, aan het been, naar traditioneel recept voorbereid en in de oven gebraden, rode kool, puree en lingon (vossenbessen, waar geen Zweedse kerst buiten kon en kan). Het toetje was rijstebrij waarin een cent en een amandel waren verstopt. De cent leverde centen op en de amandel een vrijer of vrijster. Na mijn twintigste bad ik vurig om verschoning van de amandel: ik leverde geen kerstbestendige vrijer aan - om van vrijsters maar te zwijgen. Na het eten mochten de heren spelevaren en moesten de vrouwen afwassen. Mijn tante was een paus in de keuken en ik moest het niet wagen me op de WC te verstoppen zoals thuis. Als de afwas gedaan was mochten we eindelijk pret maken. Vanwege het precaire verlichtingsmechaniek dansten we voorzichtig rond de kerstboom onder het zingen van een kerstliedje, dat ik op het gehoor meezong. Ik ken het nog steeds. ‘Hei tomtegubba sjorrieglasser … Kom op kabouters, vul de glazen, laten we vrolijk wezen, al is de ons beschoren tijd maar kort.’ Noordelijke weemoed in een notendop. 

Hej, Tomtegubbar - YouTube

Iedereen vocht vervolgens met de hond om een plaats bij de open haard: tijd voor cadeaus. Harde pakjes genoten de voorkeur. De zachte bevatten meestal iets zelfgebreids van de hand van tante Maj’s moeder, door alle kinderen Moermoer - oma van moederskant - genoemd.

Mijn allereerste kerstcadeau was fantastisch: een wieg met een jongenspop in klederdracht. Hij droeg een muts met grote pompon, een vrolijk vilten jasje en blauwe beenwarmers met riemen. Uit Lapland.

Saami kind en moederWieg Samenvolk

Daar wilde ik veel liever mee spelen dan met meisjespoppen. Dat Lappen, die nu Samen heten, een scheldwoord was ging aan mij voorbij. Het volgend jaar kreeg ik een boek over een Laps meisje, Ellekari, dat met de rendieren meetrok. Dat leek me nou eens fijn in plaats van saai naar school.  

Yoik of the Wind - YouTube

Aan het einde van de avond werd glugg gemaakt, bisschopswijn, onder geharrewar van mijn ooms over de hoeveelheid brandewijn. 
De blauwe vlammen dansten in de ijzeren heksenspot tot mijn grote – onchristelijke - opwinding. In het winterse Zweden vertrok iedereen, gelovig of niet, per slee naar de Middernachtmis. 
Wij niet. Als onvervalste heidenen togen we tijdens een besneeuwde Kerst naar de nabijgelegen zandverstuiving op mooie ouderwetse houten ski’s. Zo weggelopen uit een oud Zweeds prentenboek.

"Snow" from Irving Berlin's WHITE CHRISTMAS (1954 Film)


Bij het schrijven van dit stuk bevangt mij heimwee. Heimwee naar een onbekommerde tijd. 



Goede Kerst Roze stadsdorpelingen!

God Jul til alle


Borduurwerk Nel Oepkes